Borrelpraat voor de meeste mensen, een mogelijke dreiging voor het Amerikaanse leger, of zelfs staatsveiligheid. En dus toch onderzoek. En dat in een land dat er zelfs een officieel standpunt op na houdt wat betreft ufo’s: Ufo’s zijn onzin!
Zo kort door de bocht is het officiële standpunt uiteraard niet helemaal. De conclusies na het Bluebook onderzoek, dat eindigde in 1970, waren dat het fenomeen geen bedreiging voor de staatsveiligheid vormden, er geen aanwijzingen waren dat er technologie in het spel was die de toenmalige stand van technische kennis oversteeg, en dat er geen bewijs was voor een buitenaardse herkomst.
Voor zover we weten is er inderdaad nog geen enkel hard bewijs voor de laatste stelling, een buitenaardse herkomst. Van de eerste twee standpunten was wel al langer bekend dat ze toch niet helemaal klopten. Documenten over ufo’s zitten nog steeds achter slot en grendel juist met als reden de staatsveiligheid. Ook is uit documenten gebleken dat de interesse van de Amerikaanse overheid voor ufo voorvallen nooit is gestopt.
Deze interesse van, voornamelijk, (militaire) inlichtingendiensten heeft natuurlijk wel een logische reden. Onbekende objecten in het luchtruim die ook nog eens onvoorstelbare caperiolen uithalen en ongrijpbaar blijken, moeten natuurlijk wel interesse wekken. Al was het maar om te bevestigen, of juist uit te sluiten, dat deze voorvallen ook echt plaats vonden.
Kortom, zo schokkend is het recente nieuws niet. De interesse voor dergelijke voorvallen is niet nieuw. Wat wel nieuw is, is dat er dan schijnbaar recentere voorvallen plaats hebben gevonden die belangrijk genoeg gevonden werden om een heel nieuw project te starten dat uiteindelijk 22 miljoen Dollar heeft gekost. 22 Miljoen in totaal, niet 22 Miljoen per jaar, zoals in de media werd vermeld.
Advanced Aerospace Threat Identification Program
Zondag j.l. brachten Politico en The New York Times de wereld op de hoogte van het bestaan van een project dat officieel liep van 2007 tot en met 2012 en, volgens bronnen binnen het Pentagon, ook de laatste 5 jaren nog doorgelopen zou hebben met medewerking van de CIA en de Amerikaanse Marine.
Het hernieuwde onderzoek was een initiatief van senator Harry Reid. Reid maakte er in het verleden al geen geheim van te denken dat het ufo fenomeen reëel is, en mogelijk een buitenaardse herkomst heeft. Dat laatste valt uiteraard nog maar te bezien, maar het fenomeen op zich is aantoonbaar reëel. Senator Reid besteedde het uiteindelijke onderzoek uit aan het bedrijf van een goede vriend van hem, de miljardair Robert Bigelow. Het bedrijf, Bigalow Aerospace, dat ook in opdracht van Nasa werkt doet het eigenlijke onderzoek.
Dat riekt een beetje naar “vriendjes politiek” en verrijking met behulp van een ongrijpbaar en oncontroleerbaar iets als ufo’s. Ook het opvragen van documenten werkt in dit geval niet. De Amerikaanse variant van onze eigen “Wet Openbaarheid van bestuur”, waarbij het iedereen vrij staat overheids documenten op te vragen, de Amerikaanse FOIA werkt ook daar niet met bedrijven. Een “handigheidje” die in Amerika, en wellicht ook wel elders, wordt gebruikt die geen zogenaamde “papertrail” achterlaat. Met name toegepast in de beruchte Area 51 dat grotendeels bestaat uit zogenaamde “private contractors” die geheime opdrachten en onderzoek uitvoeren voor de Department of Defence, de Amerikaanse ministerie van defensie.
Kortom, op het eerste gezicht een schimmige en oncontroleerbare constructie. Maar is het dat ook?
Commercieel ufo-onderzoek.
Op de website Kloptdatwel.nl verscheen een artikel waarin toch min of meer wordt gesuggereerd dat het onderzoek niks meer is dan het werk van een “ufo enthousiasteling” die ergens geld weet los te peuteren om zijn eigen hobby te financieren. Gevolgd door de opmerking dat er op zich niks mis is met onderzoek, maar met de vraag of dit wel met overheidsgeld moet gebeuren.
Moeten we dit hele verhaal nu zien als bewijs voor het voortbestaan van een daadwerkelijke interesse vanuit de Amerikaanse overheid in het ufofenomeen (die er officieel niet meer is sinds het stoppen van Project Blue Book in 1970)? Of eerder als een bewijs dat een aantal ufo-enthousiastelingen altijd wel ergens geld vandaan weten te peuteren voor hun hobby als ze maar beschikken over de juiste connecties?
Met die interesse in het uitpluizen van ufomeldingen is natuurlijk weinig mis. Of het met overheidsgeld moet gebeuren terwijl zoveel mensen het als hobby voor niets (en vaak beter) doen, is een andere vraag.
–Kloptdatwel
Ook in het artikel van de New York Times werd de relatie tussen senator Reid en zakenman Bigelow ter sprake gebracht.
Was het hele project dan niks meer dan een uit de hand gelopen hobby en ordinaire zakkenvullerij?
Financiering
Het hele project heeft in 5 jaar tijd 22 Miljoen dollar gekost. Niet 22 Miljoen per jaar, zoals in de media wordt geschreven. 22 Miljoen dollar is toch nog steeds enorm veel geld. Dus, waar komt dat vandaan en hoe wordt dat verantwoord.
In het “fiscale jaar” 2012 werd het totaalbedrag voor zogenaamde “black budgets’ geraamd op 52.6 MILJARD Dollar. Wat dat betreft is de 22 Miljoen dollar die voor dit specifieke project werd uitgetrokken min of meer verwaarloosbaar. Maar zal nog steeds verantwoord moeten worden. Ook al is er weinig tot geen inzicht in waar het geld aan uitgegeven wordt. Opmerkelijk is dat het budget in 2008 nog “maar” zo’n 30 Miljard Dollar bedroeg.
Zoals eerder vermeld was het senator Reid die het initiatief nam voor het onderzoek. Toch is het niet zo dat een senator zo zonder meer een “hobby project” kan opstarten met zogenaamde “black money”. De plannen voor het onderzoek werden pas concreet na een samenkomst in het Capitool van senator Reid met nog twee andere senatoren. De twee andere senatoren, Stevens en Inouye, beiden top adviseurs van een subcommissie die defensie uitgaven beheert, waren het, volgens de New York Times, al snel eens dat een dergelijk onderzoek er ook moest komen.
Het uiteindelijke budget wordt echter niet op deze manier door drie senators in een beveiligde kamer in het Capitool even geregeld. Het laatste woord wat betreft budgettering is aan het zogenaamde “United States Senate Committee on Appropriations”. Een commissie bestaande uit 31 senatoren en een aantal subcommissies die de uiteindelijke zeggenschap heeft over alle budgettering.
Hiermee wordt het toch wat onwaarschijnlijker dat het onderzoek simpelweg het resultaat is van een “ufo enthousiasteling” met de juiste connecties.
Hoe de financiering dan ook tot stand gekomen mag zijn en met welke motivatie, het geld werd besteed aan het opzetten van het onderzoek, onderzoek zelf en het vaststellen of en welke mogelijke dreiging er uitgaat van de onverklaarde objecten.
Het onderzoek
Zoals bekend werd het onderzoek in 2007 gestart en duurde het tot 2012, het jaar waarin de financiering gestopt werd. Wat het einde van het onderzoek betreft is er ook gelijk wat controverse. De leider van het toenmalige onderzoek, die Oktober dit jaar ontslag nam, Luis Elizondo, geeft aan dat hoewel de financiering van de overheid stopte, het onderzoek wel doorging. Ditmaal met medewerkers van de CIA en Amerikaanse marine. Het onderzoek zou nooit gestopt zijn.
De Amerikaanse overheid is wat betreft het ufo fenomeen nooit echt open geweest en heeft wat dit onderwerp betreft ook nog heel wat informatie achter slot en grendel met als reden staatsveiligheid. En ook dit recente onderzoek is, ondanks alle ruchtbaarheid, toch grotendeels nog in nevelen gehuld. Wat wel bekend is er bij Bigelow Aerospace nabij Las Vegas een aantal gebouwen aangepast werden voor het bewaren van metaal legeringen en andere “materialen” die “geborgen” zouden zijn.
Ook werd militair personeel dat getuige was geweest van dergelijke voorvallen ondervraagd. Opmerkelijk is de speciale aandacht voor psychische veranderingen bij een groep getuigen.
Ook werd beeld en geluid materiaal verzameld voor analyse. Een van deze voorvallen lekte ook uit.
Dit voorval haalde het nieuws wereldwijd. Een vreemd object wat “onmogelijke” manoeuvres laat zien. De wereld is verbijsterd. Toch zijn dit soort voorvallen niet iets recents. Voorvallen als deze werden al tijdens het fameuze Project Bluebook onderzocht, en geclassificeerd als niet bijzonder.
Ook de decennia na het Bluebook onderzoek bleven dit soort voorvallen gerapporteerd worden.
Hoewel in de beelden maar één object zichtbaar is, zou het hier zelfs om een hele “vloot” objecten gaan. Overigens, dat het object zo “netjes” in beeld blijft is een goed voorbeeld van voortschrijdende techniek. De camera in het vliegtuig is in staat objecten, in dit geval de ufo, zelfstandig exact in beeld te houden.
Het leverde beelden op van een object met een uiterlijk omgeven met een lichtgevende “aura” en in staat tot manoeuvres die de natuurwetten lijken te tarten.
Het was een van de voorvallen die werd onderzocht. Wat uiteraard de vraag oproept wat voor voorvallen nog meer plaatsgevonden hebben waar we geen weet van hebben.
Volgens een van de betrokken onderzoekers, die eerder ook onderzoek deed voor de CIA, plaatsen dit soort voorvallen onderzoekers in een vreemd soort positie. Hij vergelijkt het met Leonardo da Vinci die ineens een afstandbediening voor een garagedeur in zijn handen gedrukt krijgt. Hem zou het eerst het vreemde materiaal, plastic, opvallen, geen idee hebben waar het voor dient en geen weet hebben van de elektromagnetische straling waarmee het werkt.
Ondanks dat er nu dan toch een en ander duidelijk is geworden wat betreft het bestaan van het onderzoek, en enkele details wat betreft het onderzoek zelf, is het echter hetzelfde probleem zoals dat al decennia lang speelt. Wat betreft het onderzoek en de resultaten is er, op bovenstaande na, niks bekend. Geen conclusies, geen verdere onderzochte voorvallen en geen bewijzen. Geheimhouding troef wederom, en dus een hoop speculatie. Objectief gezien zijn we dus geen steek verder, behalve dan dat het bestaan en bevestiging van het onderzoek zelf heeft gezorgd voor een “dus toch” situatie bij onder andere de grote media. Met eindelijk een verfrissende heldere en feitelijk juiste berichtgeving over het onderwerp. Eindelijk de “aluhoedje” status voorbij, als het ware.
Luis Elizondo
Elizondo leidde het onderzoek van diep binnen in het Pentagon. Volgens Elizondo ging het onderzoek, nadat in 2012 het officiële budget op was, toch door met medewerkers van de CIA en Marine. Een bewering die dan weer door het Pentagon tegen wordt gesproken.
Ondanks de ontkenning van het Pentagon zijn er echter toch meerdere bronnen die bevestigen dat nieuw aangedragen voorvallen nog steeds werden onderzocht.
Het levert weer een klassieke “welles/nietes” situatie op met haaks op elkaar staande beweringen.
Hoe dan ook, Elizondo lijkt de gang van zaken niet te zinnen, en neemt 4 Oktober dit jaar ontslag. In zijn ontslagbrief aan minister van Defensie, James Mattis, schrijft Elizondo dat er meer behoefte is aan aandacht voor de vele voorvallen van de marine, en andere leger onderdelen, met deze ongewone “lucht systemen” die zich bemoeien met wapenplatformen (zoals militaire vliegtuigen red.) en daarbij “volgende generatie gedrag” vertonen.
In zijn brief uitte Elizondo ook zijn ongenoegen over de restricties die aan het onderzoek werden gesteld en de noodzaak vast te stellen welke dreiging van het fenomeen uitgaat en tot wat deze objecten in staat zijn, in het belang van het leger en het hele land.
Een pittige ontslagbrief dus.
Toch is Elizondo niet de eerste bij dergelijk onderzoek betrokken persoon die zijn ongenoegen uit over het onderzoek waarbij hij was betrokken. Ook de bij het Bluebook als adviseur betrokken befaamde astronoom Allen Hynek, heeft meermaals in stevige bewoordingen zijn ongenoegen geuit over de gang van zaken van het Bluebook onderzoek, en de conclusies die, ook tussentijds, werden getrokken. Meer vergelijkbaar is wellicht de eerste leider van het Bluebook onderzoek, luchtmacht kapitein Rupelt. Rupelt werd op meerdere manieren beknot in zijn mogelijkheden om het fenomeen te onderzoeken en nam ook, teleurgesteld, ontslag. Rupelt schreef er zelfs een boek over. Meer hier.
Overigens staat er in de laatste uitgave van het blad van de Stichting Skepis een meer dan nette boekverslag van de biografie over Allen Hynek, waarin ook zijn periode als ufo onderzoeker aan bod komt. Geschreven door Pepijn van Erp, ook de auteur van het artikel op de website Kloptdatwel.nl.
Ondertussen heeft Elizondo zich aangesloten bij het “To the stars academy” initiatief.
Sceptici
Er lijken maar weinig andere onderwerpen te bestaan die sceptici zo massaal kan mobiliseren als het onderwerp ufo’s. Vaak, meestal zelfs, met een gegronde reden. Onzin blijft onzin, en dat mag gezegd worden. Zeker met een controversieel onderwerp als ufo’s is een kritische blik meer dan noodzaak.
Toch kan scepsis nogal eens ook een objectieve benadering in de weg staan. Met als enig wapen een onderbuikgevoel wordt het onderwerp ufo’s te lijf gegaan en mag het koste wat het kost niet serieus genomen worden. Een volledig irrationele benadering die niet onderdoet voor de andere kant van de weegschaal, de fantasten met al hun verhalen over graancirkels, ontvoeringen en “galactische federaties”. Of de meer handige onzin verkondigers, zoals Coen Vermeeren.
Ondanks dat zijn de meeste sceptici het wel eens over het bestaan van het fenomeen, maar is het vooral de door velen aan het onderwerp toegedichte herkomst van het fenomeen, buitenaards, die wrevel wekt. En inderdaad, dat moet inderdaad eerst ook nog maar eens bewezen worden.
Het levert dan toch echter wel de vraag op waar het fenomeen dan geplaatst moet worden. En dat is iets wat tot een meer gebruikte, maar wel vreemde redenatie leidt. Een goed voorbeeld hiervan is te vinden op de website van wetenschapsjournalist Govert Schilling :
Overtuigende aanwijzingen of bewijzen voor de hypothese dat onze planeet bezoek heeft gehad van buitenaardse ruimteschepen met intelligente wezens aan boord, ontbreken echter. Het lijkt dan ook verstandiger om een echte, onverklaarbare UFO voorlopig gewoon te laten voor wat het is: een ongeïdentificeerd vliegend object (we weten nu eenmaal niet alles!), in plaats van een vergezochte ‘verklaring’ te presenteren als definitieve oplossing van het raadsel.
– Govert Schilling
Een redenatie die vaker wordt gebruikt. We weten het niet, en dus is het beter om te laten rusten.
Inderdaad heeft Govert Schilling gelijk, we weten nu eenmaal niet alles. Maar laat dat nou net juist de motivatie voor onderzoekers en wetenschappers zijn om juist wel op zoek te gaan naar antwoorden. Zeker voor een onderwerp met de potentie om onze blik op onszelf totaal te veranderen, is het belangrijk toch wat meer te weten te komen.
De werkwijze van “we hebben geen antwoorden en daarom gaan we ook niet op zoek maar antwoorden” wordt natuurlijk nergens toegepast en zal ook wat betreft het ufo fenomeen geen steek houden.
Overigens, niks ten nadele van Govert Schilling. Een uitstekend journalist met een enorme kennis van ons universum die recent ook een boek over zwaartekrachtgolven uitbracht .
Ook de sceptische opstelling van de media heeft in het verleden al tot vreemde taferelen geleidt. Zo wist de Telegraaf jaren geleden al te melden dat de Nasa kon stoppen met zoeken naar ufo’s en wist ook de NOS deze week duidelijk geen raad met het onderwerp toen het nieuws van het recente ufo onderzoek wereldkundig werd. Op de site van de NOS verscheen een artikeltje met een foto van een graancirkel en een knullige beschrijving. Wellicht iets wijzer geworden van de toon van de berichtgeving elders, werd dit later aangepast.
Inmiddels is het nieuws in Nederland alweer verdrongen door de fratsen van Gordon, het tiende vermoeiende seizoen van boer zoekt vrouw en Octomom die spijt heeft van haar pornofilms. Maar buiten Nederland blijft het onderwerp toch steeds opduiken in het nieuws. En wat meer is, voor het eerst in decennia op een serieuze en objectieve toon. Zelfs gerenommeerde en gespecialiseerde nieuwsverstrekkers als space.com en andere wetenschappelijk georiënteerde websites durven het voor het eerst aan om te publiceren over het onderwerp.
Kortom, er is iets veranderd.
En nu?
Het blijft afwachten hoe dit zich verder ontwikkelt. In Amerika komen steeds meer voorvallen in het nieuws. Militaire piloten die eindelijk hun zegje doen en ook kunnen doen zonder geridiculiseert te worden. Voor het eerst in een lange tijd lijkt, wat dit onderwerp betreft, de geest uit de fles.
Daarnaast mag ook wel eens worden bedacht dat onderzoek naar ufo’s in een aantal landen, zoals China, Frankrijk, België, Rusland en tal van andere landen, wel prioriteit heeft, of had.
Ook zou het kunnen lonen om eerdere voorvallen weer met hernieuwde belangstelling te bekijken. Zo zou een voorval zoals de die boven Phoenix in 1997, waarvan duizenden mensen getuige waren en enorme objecten werden gezien, wel eens nieuwe inzichten kunnen opleveren. Niet in het minst omdat de huidige officiële verklaringen voor dat voorval niet echt zin maken.
Het blijft ook verstandig om niet in speculatie te vervallen. Hoewel de wereld nu dan eindelijk bevestiging heeft dat er dan toch echt onderzoek wordt gedaan naar een fenomeen die bij de meeste mensen alleen een glimlach ontlokte, moet men zich ook realiseren dat dergelijk onderzoek al decennia, langer dan een halve eeuw, al plaats gevonden heeft.
In al die tijd is onderzoek en eventuele kennis en conclusies achter gesloten deuren gebleven, en daar is ook nu niks aan veranderd. Het enige wat nu dan concreet is veranderd is de bevestiging dat het fenomeen reëel is, serieus wordt genomen en actief onderzocht werd, en waarschijnlijk toch ook nog steeds wordt.
Al de rest is speculatie.
Van de in de alternatieve media bejubelde Disclosure (openbaring) is dus nog steeds geen sprake.